'Young professionals zijn kritisch, niet lui.’

Op 31 mei organiseren we een event voor jou, voor managers. We leren je in een halve dag alles over young professionals. Over hoe je deze belangrijke groep kunt aanspreken en binden. Tijdens het event komen verschillende sprekers hun kennis en ideeën delen. Eén van hen is Fien Jacobs, Managing Director van YoungCapital NEXT. In aanloop naar het event spraken we alvast met haar: over de uitdagingen die ze ziet bij bedrijven, over onterechte vooroordelen rondom young professionals. Kortom: een klein voorproefje op wat ze gaat vertellen op de 31e.

Bedankt voor je tijd, Fien. Je werkt al heel wat jaren in de arbeidsbemiddeling – kun je daar wat meer over vertellen?

‘Ik ben ooit nietsvermoedend bij Randstad binnengelopen voor een bijbaan. Sindsdien heb ik altijd in de arbeidsbemiddeling gewerkt. Dat doe ik nu al ruim 20 jaar. Sinds 2 jaar zit ik bij YoungCapital NEXT. Als detacheerder helpen we ondernemende young professionals die het willen maken in IT, finance of het publieke domein. Onze traineeships starten met een bootcamp voor de juiste kennis en skills. Daarnaast leren NEXT’ers challengen, incasseren en doorzetten tijdens een persoonlijk ontwikkeltraject. Zo groeien ze razendsnel. Hier profiteren bedrijven ook van. Onze young professionals zijn direct inzetbaar en hebben grit. Ze gaan door waar de meesten stoppen en weten weerstand te overwinnen. Dat is onze belofte.’

Welke uitdagingen zie je bij bedrijven in relatie tot young professionals?

‘Ik kan deze vraag op heel veel manieren beantwoorden. Maar we zien bij NEXT vooral twee grote uitdagingen:

• Bedrijven hebben er moeite mee om young professionals aan te spreken. En dat is logisch. Een bedrijf als KPN kan bijvoorbeeld niet de hele tone of voice aanpassen om een plukje young professionals aan te spreken.
• Geen capaciteit voor begeleiding
  Veel bedrijven willen meer young professionals in dienst, maar ze hebben niet de capaciteit om jonge mensen te begeleiden en ontwikkelen. En dat is wel hard nodig als je ze wilt behouden.

Maar ik wil ook benadrukken dat het niet alleen maar gaat om de uitdagingen, of wat moeilijk is. Als we over nieuwe generaties praten, wordt vaak het negatieve belicht – dat vind ik onterecht.’

Kun je daar meer over vertellen? Wat klopt er niet aan het beeld van de young professional?

‘Natuurlijk verschillen generaties van elkaar, maar ik vind dat het te vaak gaat over wat er niet goed aan is – en dat helpt niet. Het generatieverschil wordt bovendien te groot gemaakt. Neem bijvoorbeeld het idee dat jonge mensen lui zijn. Dat is niet zo. Ze stellen gewoon meer kritische vragen over hoe ze hun tijd besteden. Ze doen niet zomaar wat de manager vraagt. Waarom moet ik dit doen? Waarom moet dit buiten werktijd? Ze zijn kritisch, niet lui.’

Je gaat op 31 mei iets vertellen over hoe je als bedrijf het verschil kunt maken bij nieuwe generaties – kun je een tipje van de sluier geven?

‘Ik ga het vooral op een praktische manier hebben over twee dingen:

• Hoe je de kloof tussen jong en oud overbrugt. We kunnen de kloof tussen jonge en oudere generaties overbruggen door de kloof niet zo groot te maken. We moeten stoppen met het uitvergroten van de verschillen. Oudere collega’s zijn helemaal niet zo anders dan jonge collega’s. Er zijn wat subtiele verschillen en daar moeten we over in gesprek.
• Hoe je je bedrijf aantrekkelijk maakt voor young professionals. Dit heeft te maken met je uitstraling. Maar het gaat om meer dan een paar leuke campagnes draaien. Je moet ook doen wat je zegt – alleen een campagne om jongeren aan te spreken, daar prikt de doelgroep zo doorheen. Als je echt wilt veranderen, moet je ook in je bedrijfsvoering dingen aanpassen. Dat betekent bijvoorbeeld dat je niet alles top-down inricht.

‘Alleen een campagne om jongeren aan te spreken, daar prikt de doelgroep zo doorheen.’

Tijdens het evenement diep ik dit allemaal veel meer uit. Ik noem voorbeelden die wij in de praktijk zien. Ik deel onze jarenlange ervaring als werkgever van duizenden young professionals. In veel gevallen kunnen anderen het een-op-een kopiëren.’